Topcorridors middag

Van chaos naar keten: Samen werken aan duurzame logistieke topcorridors

Er ligt een flinke opgave de komende jaren. ‘Het wordt chaos die we samen moeten oplossen. Kijk daarbij niet naar losse modaliteiten, maar naar logistieke ketens’, was de centrale boodschap van de Topcorridors-middag in Utrecht waar aanwezige overheden en andere belangstellenden werden bijgepraat over het MIRT programma Topcorridors.

Het MIRT programma Topcorridors bestaat uit 40 projecten. Een deel van deze projecten presenteerde zich op deze middag waarbij overheden en het bedrijfsleven samenkwamen in Utrecht onder dagvoorzitterschap van Marcel Michon van Buck Consultants International. Frank Fokkens en Annemiek Jorritsma namen deel aan deze middag namens Provincie Groningen en Logistiek Noord.

Intensiever samenwerken met bedrijfsleven

Multimodale bereikbaarheid is enorm belangrijk voor Nederland. Overheden en bedrijfsleven werken nauw samen aan het verbeteren van de logistieke corridors in Nederland. “Topcorridors ondersteunt bedrijven bij de transitie zodat we gezamenlijk stappen zetten naar een duurzame economie, het verbeteren van de leefbaarheid en de modal shift”, zegt Merijn Wetzels, directeur lease bij DSM Chemelot in Geleen.

Hoewel Topcorridors programmamanager Jeroen Laro trots is op de voortgang in gezamenlijke projectontwikkeling, erkent hij dat er nog flinke uitdagingen liggen. “We moeten lokaal en regionaal impact maken met realistische pacten, de modal shift versnellen en intensiever samenwerken met het bedrijfsleven.”

Investeringen in infrastructuur en innovatie

Nederland kent drie topcorridors: Oost, Zuidoost en Zuid, met negen multimodale knooppunten. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat investeert hier via het MIRT-programma in betere infrastructuur zoals het verbeteren van sluizen en kades, het ontwikkelen van Clean Energy Hubs en meer digitalisering. “We kijken vaak nog te veel vanuit een modaliteit, terwijl we meer naar ketens moeten kijken,” benadrukte Adriaan Zeillemaker, hoofd multimodaal goederenvervoer en buisleidingen bij het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Met een budget van 160 miljoen euro hoopt hij een verschuiving naar 10% duurzamer goederenvervoer te realiseren, al benadrukt hij de noodzaak van meer politieke aandacht voor dit onderwerp.

Spanningen en oplossingen in de paneldiscussie

De paneldiscussie liet zien hoe complex de multimodale samenwerking kan zijn. Vervoer via spoor is complexer dan wegvervoer, dat maakt het duurder en minder flexibel. Toch bracht Bram Roosendaal van Raillogix en ‘Railcargo talent van het jaar’ een sprankje hoop: “Er is nu een oplossing ontwikkeld om gekoelde containers per spoor te vervoeren, wat de modal shift in verslogistiek verder kan stimuleren.”

Liana Engerbijan, schipper en influencer, gaf echter een kritische noot: “De gemiddelde ondernemer zit hier niet. Terwijl ik dagelijks merk dat sluizen niet werken of niet bemand zijn door personeelstekort. Kleine binnenvaartondernemers verdwijnen, maar we hebben ze hard nodig. Praat eens wat meer met de ondernemers zelf.”

Esmé Rijs van TLN benadrukte dat kennisdeling essentieel is: “We brengen onze leden in contact met initiatieven zoals Joint Corridors Off Road om breder te kijken naar multimodaliteit.”

Concluderend kan worden gezegd dat er al veel gebeurt om het goederenvervoer in Nederland beter te organiseren en te verduurzamen op de belangrijkste corridors. Maar er is meer nodig. Denk ook aan de corridorbenadering over de grenzen heen.

Corridor Noordoost

Logistiek Noord vindt het jammer dat de focus van de Rijksoverheid om te verduurzamen voornamelijk gericht is op de dikste goederenstromen in het Zuiden en Oosten van Nederland en pleit daarom voor een corridor Noordoost.

Françoise van den Broek-Serlé, programma manager Logistiek Noord: “Het verkeersinfarct in met name het westen en zuiden van Nederland wordt steeds groter, de warehouses in Zuid-Nederland raken vol en de leveringszekerheid komt onder druk te staan. Dit vraagt om meer decentrale oplossingen en regionale vestigingen. De verwachte groei in het goederenvervoer vraagt om een krachtige blik vooruit. Wij pleiten er daarom voor om de pijlen ook op het Noorden te richten. Deze regio beschikt over een hinterland hub met uitstekende verbindingen met Duitsland, Scandinavië en de Baltische Staten. Zowel over de weg, via het water, als over het spoor. Bovendien maken we deel uit van het landelijke netwerk van Clean Energy Hubs voor weg en binnenvaart. Er is een krachtig en actief netwerk in Noord Nederland met goede onderlinge relaties en nauwe samenwerkingen tussen overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven. Gegeven de omvang van de huidige en toekomstige uitdagingen is een gezamenlijke landelijke aanpak essentieel. De verduurzaming en innovatie van het goederenvervoer moet niet alleen gericht zijn op de bestaande topcorridors, maar ook gebruikmaken van de kracht van andere regio’s, zoals Groningen, Friesland en Drenthe. Een toekomstgerichte visie vraagt om aandacht voor en inzet op álle delen van Nederland.”